Wat kan ik bereiken met een gerechtelijke reorganisatie?
Via de gerechtelijke reorganisatie geeft de wetgever aan ondernemingen in (dreigende) financiële moeilijkheden de kans om tijdens uitdagende periode te kunnen overbruggen en het faillissement van de onderneming te vermijden.
De wetgever voorziet met die wetgeving één doel: de bescherming van de continuïteit van de ondernemingen door een tijdelijk “staakt het vuren” op te leggen.
Bij het verzoekschrift dat je daartoe indient bij de handelsrechtbank die je een keuze te maken tussen drie opties. Je zou kunnen stellen een keuze tussen 3 mogelijkheden die men wil verwezenlijken tijdens de periode van bescherming tegen schuldeisers:
1) een ‘minnelijk akkoord’ bereiken met de schuldeisers (klik hier voor meer info)
2) een ‘collectief akkoord’ of ‘reorganisatieplan’ bereiken, dit overheen maximaal 5 jaar. (klik hier voor meer info)
3) een gehele of gedeeltelijke overdracht onder gerechtelijk gezag van de onderneming of haar activiteiten aan een gerechtsmandataris (klik hier voor meer info)
Het is ook mogelijk één of meerdere van deze drie opties te combineren. Zo kan men bijvoorbeeld voor de ene bedrijfsactiviteit kiezen voor een overdracht en voor de andere een reorganisatieplan.
Tijdens de opschorting tot betaling kan de schuldenaar ook veranderen van de ene optie naar een andere vorm van gerechtelijke reorganisatie. De schuldenaar heeft wel steeds de toestemming van de rechtbank nodig om door te gaan naar een andere optie. Indien de rechtbank z’n akkoord geeft kan de onderneming met z’n problemen en het mislukken om tot een ‘minnelijk akkoord’ te komen bijvoorbeeld een reorganisatieplan of een gerechtelijke overdracht proberen.
Een ondernemer die afgelopen drie jaar al eens eerder naar de rechtbank stapte inzake een gerechtelijke reorganisatie, kan onder de rechterlijke paraplu nu (in theorie) enkel nog maar aan een gerechtelijke overdracht werken.
Fiscale vrijstelling van kwijtgescholden schulden
Kwijtgescholden schulden impliceren normaal een uitzonderlijke opbrengst en zijn als dusdanig onderhevig aan belastingen. In het kader van een gerechtelijke reorganisatie-procedure (“WCO”) is dit echter niet het geval: de kwijtgescholden schulden worden van belastingen vrijgesteld bij de homologatie van het reorganisatieplan.